Contacteer ons

056 21 32 10 // sint.paulus@kbkscholen.be

Top

Wat mag je van ons verwachten?

Leerlingevaluatie

Breed evalueren

Waarom evalueren we?

In onze school is het leren en leven gericht op de harmonische ontwikkeling van de hele persoon: hoofd, hart en handen. Dat betekent dat we investeren in de ontwikkeling van de kennis, vaardigheden, attitudes en inzichten die leerlingen nodig hebben om zelfredzaam en gelukkig te functioneren in de hen omringende wereld. Om voorspoedig te ontwikkelen evalueren we om hen doelgericht te kunnen begeleiden en ondersteunen. We willen betrouwbare gegevens verzamelen over wat leerlingen kennen, kunnen en zijn om te komen tot een beoordeling van deze leeruitkomsten of de vorderingen met de bedoeling de leerlingen vooruit te helpen en hen te ondersteunen in hun leer- en ontwikkelingsproces. Het is de bedoeling dat de leerlingen gaandeweg hun leerproces in eigen handen nemen en ze een breed, positief en realistisch beeld van zichzelf verwerven met het oog op het maken van de juiste keuzes.

Hoe evalueren we?

Hier onderscheiden we 2 soorten van evaluatie: proces- en productevaluatie.
Procesevaluatie

Dagelijkse evaluatiemomenten gebruiken we om na te gaan wat het kind kan of nog niet kan en dit benutten we om de passende ondersteuning te geven en om hen te begeleiden in de volgende stappen die ze moeten zetten in hun leertraject.

Belangrijk bij deze vorm van evaluatie: verzamelen en observeren, samen (leerkracht en leerling) analyseren, interpreteren, waarderen en komen tot aandachtspunten en afspraken.

Productevaluatie

Hier gaan we na hoever de leerling staat in zijn ontwikkeling om van hieruit beslissingen te nemen ter oriëntering.

Vlaamse toetsen

Op het einde van het vierde en zesde leerjaar gewoon lager onderwijs nemen alle leerlingen, behalve anderstalige nieuwkomers en leerlingen met een individueel aangepast curriculum, deel aan de Vlaamse toetsen wiskunde en Nederlands. De school kan er wel voor kiezen om deze leerlingen toch te laten deelnemen. De klassenraad baseert zich bij de leerlingenevaluatie in de eerste plaats op de eigen observaties en evaluaties doorheen het schooljaar. Daarbij kan de klassenraad ook het resultaat van de Vlaamse toetsen als bijkomende bron hanteren. Het resultaat van de Vlaamse toetsen kan echter nooit het enige doorslaggevende element zijn in de evaluatie

Rapporteren

Waarom rapporteren we?

We willen duidelijk in kaart brengen :

  • Welke evolutie de leerling maakt.
  • Waar de leerling staat.
  • Welke de volgende te ondernemen stappen zijn.
  • Maar vooral om te communiceren over de vorderingen van het kind met de leerkracht, de leerling en de ouder.

Hoe rapporteren we?

“Breed evalueren leidt naar breed rapporteren “

Het uitgangspunt is dat er eerst grondig – breed (formatief) – geëvalueerd wordt. Dit is prioritair. Daarom opteren wij voor verschillende tussentijdse formatieve rapporten.

Er zijn 5 tussentijdse rapporten gepland. Daarvan zijn er 3 formatieve (herfstvakantie, krokusvakantie en paasvakantie) en 2 summatieve (kerstvakantie en zomervakantie).

Formatief rapport

Doelenrapport 

Hier worden de nagestreefde doelen van wiskunde, Nederlands, godsdienst, wereldoriëntatie, muzische vorming (en vanaf de derde graad ook het vak Frans) in kaart gebracht. Elk doel wordt door de leerkracht voorzien van een code en een toelichting.

Competentierapport 

Bij elk formatief rapport krijgt de leerling ook een competentierapport mee. Dit is een apart rapport waarbij de zelfsturende en leercompetenties worden geëvalueerd.

Bij de zelfsturende competenties gaan we na in welke mate de leerlingen bereid zijn om te leren, maar ook om kritisch en zelfredzaam te zijn bij het uitvoeren van een opdracht.

Bij de leercompetenties gaan we na hoe de leerlingen leren: Benutten ze hun kansen? Hebben ze zicht op hun eigen kunnen? Blikken ze even terug op een uitgevoerde taak?

Kindcontacten en zelfevaluatie 

Als school kiezen wij ook voor kindcontacten waarbij het kind de nodige feedback krijgt en geeft. Vanaf het 5de leerjaar evalueert de leerling ook zichzelf met een code. Ook deze code staat op het rapport vermeld. Dit wordt ook in het kindcontact besproken.
Oudercontacten 

Op geregelde tijdstippen worden ook oudercontacten voorzien. Daarvoor wordt u steeds uitgenodigd. We rekenen erop dat u daarvan gebruik maakt om samen met de leerkracht de vorderingen van uw kind te volgen.

Volgkaart 

In samenspraak met de zoco en het kind kan er beslist worden of er al dan niet een volgkaart wordt opgestart. Hierop worden lange termijndoelen geformuleerd. De leerling wordt gevraagd om stil te staan bij zijn/haar leerproces. Zo zien de leerlingen hoe ze het doen in een bepaald vak en welke aspecten verbeterd kunnen worden. Het gaat over een ruimere tijdsperiode waarin de leerlingen zichzelf kunnen verbeteren en dat ook kunnen vaststellen.
De leerkracht geeft een volgkaart mee. Ook de ouders zijn betrokken partij.

Rapporteren

Summatief rapport

Puntenrapport 

Tweemaal per schooljaar – kerstperiode en einde schooljaar – wordt er voor elke leerling nagegaan hoever hij staat. Het team staat dan stil bij wat de lange reeks onderwijsleerprocessen voor de leerling heeft opgeleverd. Aansluitend neemt het team dan goede beslissingen in verband met oriëntering, met het toekennen van een attest, met het overgaan naar een andere onderwijsvorm, met het opstarten van een aangepast remediërings- of handelingsplan.
Bij elk summatief rapport krijgen de ouders mondelinge feedback aan de hand van een oudercontact.

Attituderapport 

Bij de twee summatieve rapporten wordt een attituderapport meegegeven. Een attitude is een houding en/of een sociaal gedrag. Op dit rapport evalueren we bij onze leerlingen hun omgang met anderen, de sociale competenties.
Hiervoor verwijzen we naar het sociaal gedrag van de ‘dieren van axenland’.

 Rapport bij kleuters 

Bij onze kleuters werken we (nog) niet met een rapport. Via het heen- en weerschriftje en informele en formele oudercontacten houden we jullie op de hoogte van de vorderingen die uw kind maakt.

Vlaamse toetsen

Op het einde van het vierde en zesde leerjaar gewoon lager onderwijs nemen alle leerlingen, behalve anderstalige nieuwkomers en leerlingen met een individueel aangepast curriculum, deel aan de Vlaamse toetsen wiskunde en Nederlands. De school kan er wel voor kiezen om deze leerlingen toch te laten deelnemen. De klassenraad baseert zich bij de leerlingenevaluatie in de eerste plaats op de eigen observaties en evaluaties doorheen het schooljaar. Daarbij kan de klassenraad ook het resultaat van de Vlaamse toetsen als bijkomende bron hanteren. Het resultaat van de Vlaamse toetsen kan echter nooit het enige doorslaggevende element zijn in de evaluatie.